Langs veel dieren, gigantische ijsjes, en Ottawa naar Toronto

Onze highlights

Na vier volle dagen Montréal vonden we het geen ramp om de stad gedag te zeggen en de roadtrip te hervatten. We hebben ons vermaakt, maar Montréal staat niet hoog op het lijstje om nog eens te bezoeken. Vol goede moed gingen we op weg naar de volgende grote stad: de komende twee dagen gaan we doorbrengen in de Canadese hoofdstad Ottawa.

Canadese wildlife in Parc Omega

Vanaf Montréal is Ottawa twee uurtjes rijden. Wij besloten een tussenstop aan de rit toe te voegen en wel in de vorm van Parc Omega. In dit park is een doorsnede van het Canadese wildlife te vinden: onder andere elanden, bizons, wolven, beren en talloze herten lopen er in grote verblijven rond. Door het park loopt een twaalf kilometer safariroute die je per auto af kunt leggen. Op een deel van deze route ga je dwars door de verblijven van de dieren. Schrik dus niet als de route ineens geblokkeerd wordt door een bizon die het wel een goed idee vindt om uitgebreid naar wat auto’s te turen.

Parc Omega is qua opzet te vergelijken met Safaripark Beekse Bergen, met één verschil: in Parc Omega mag je vanuit de auto dieren voeren. Aan al onze Franse lezers: ook al zijn er geen cheeta’s in het park te vinden, uitstappen is verboden.
De route komt op verschillende plekken langs grote roedels herten die je mag verblijden met een wortel. Gelukkig wisten we van tevoren dat dit tot de mogelijkheid behoorde. Enthousiast als we zijn besloten we dan ook de eerste de beste supermarkt op de route te ontdoen van de gehele voorraad wortels. Bepakt en bezakt met een voorraad wortels waar een doorsnee gezin vijftien jaar mee vooruit kan, werd de tocht naar Parc Omega hervat.

Na het kopen van de tickets lopen we even het bezoekerscentrum in om rond te kijken. Dat was een kort bezoekje, want we stonden te trappelen om de safari te starten. Even kregen we het idee dat onze komst is aangekondigd. Dat, of de herten hebben de wortels al van grote afstand geroken. Al snel na het passeren van het wildrooster dat de dieren in hun verblijf houdt, staat er een leger herten ongeduldig te wachten. We gooien de ramen open en worden enthousiast begroet door de dieren die elkaar verdringen om de kop naar binnen te steken en de wortels aan te nemen. Ze zijn daarbij niet te beroerd om in hun enthousiasme flink te kwijlen. Het kan ons helemaal niets schelen, we hebben de tijd van ons leven.

De vrouwelijke herten zijn duidelijk in het voordeel. Zij dragen, in tegenstelling tot de mannen, geen gewei en kunnen gemakkelijk hun hoofd binnenboord steken. De mannelijke herten lijken door schade en schande wijs geworden, want de meeste kijken van een afstandje toe. Een enkeling probeert met het kolossale gewei naar binnen te komen, maar gelukkig zonder succes.

We zagen het al gebeuren dat we straks twaalf kilometer lang een hert mee hebben lopen die zijn gewei niet meer uit de auto krijgt. We vragen ons af of de huurauto de aanslagen van toch behoorlijk zware herten gaat overleven, maar dat zijn zorgen voor later. Om niet beticht te kunnen worden van genderongelijkheid en omdat we genoeg wortels hebben om vijftig rondjes door het park te rijden, gooien we regelmatig wat wortels naar de hongerig starende mannetjesherten. We rijden pas verder als we er vrij zeker van zijn dat ieder hert een kilo of drie is aangekomen na ons bezoekje.

Al met al is Parc Omega volgens ons echt een aanrader. Naast de verschillende herten is het ook indrukwekkend om de vele andere dieren te zien waarvan de soortgenoten in de vrije Canadese natuur rondlopen. Vooral de roedel wolven en de zwarte beren maken indruk. Nadat ons bezoekje aan Algonquin Park eerder deze trip helaas geen ontmoeting met een eland opleverde, waren we even bang dat we de eland zelfs in Parc Omega zouden missen. We reden een rondje om het verblijf waar ze zouden moeten zitten, maar hadden flink wat moeite om er eentje te spotten. Uiteindelijk zagen we er eentje goed verborgen in het gras liggen. Even opstaan voor een leuke foto bleek helaas te veel gevraagd. Vooralsnog zijn de elanden tegen ons.

In het park zijn er een aantal stops waar je even uit kunt stappen en eventueel korte wandelroutes kunt volgen die zeker de moeite waard zijn. Omdat we ook nog door moeten naar Ottawa, besluiten we niet alles te doen wat het park te bieden heeft. Uiteraard maken we wel onze voorraad wortels op. Ondertussen vrezen we dat de dieren genoeg gegeten hebben voor de komende drie weken, dus of de bezoekers van de volgende dag hun wortels nog wel kwijt kunnen, is maar zeer de vraag.

Ottawa hartje Nederland

Na Parc Omega gedag gezwaaid te hebben, komt na een klein uurtje rijden Ottawa in zicht. We verblijven in het mooie en ruime Sheraton Hotel midden in het centrum. Dat komt goed uit, want we hebben maar één overnachting in Ottawa gepland. Veel tijd om de stad te verkennen is er dus niet en al snel vinden we dat erg jammer, want onze eerste indruk is erg positief. Om toch zoveel mogelijk te kunnen zien, stappen we de volgende dag in een Hop-On-Hop-Off-Bus voor een tour die ons langs de hoogtepunten van de stad brengt. En dat zijn er nog best wat. Het Canadese parlement is in Ottawa gezeteld en de tour komt langs een aantal fraaie parlementsgebouwen. Ook het ambtshuis van huidig premier Justin Trudeau wordt aangedaan, net als de koninklijke stallen waar voor een godsvermogen aan paarden staat.

De gids vertelt daarnaast over de warme banden tussen Canada en Nederland. Ook in Ottawa zijn daar voorbeelden van te vinden. Tijdens de rit komen we langs het Nationaal Canadees Bevrijdingsmonument. Dit monument staat in een rechte lijn gericht op Apeldoorn. In Apeldoorn staat een tweede exemplaar van het monument, maar dan in een rechte lijn richting Ottawa. Beide monumenten zijn in het begin van de 21ste eeuw onthuld door prinses Margriet, die in de oorlogsjaren in Ottawa is geboren. Het beeld herdenkt de Canadese militairen die de bevrijding van Nederland mede mogelijk hebben gemaakt.

Een deel van de Oranjes bracht een groot deel van de Tweede Wereldoorlog in Ottawa door. Als dank voor de getoonde gastvrijheid en goede zorgen stuurde Juliana 100.000 tulpenbollen richting de stad. Wij kropen ineen in ons stoeltje toen we dit hoorden: dan geef je een koninklijke familie jarenlang royaal onderdak en krijg je als dank een lading tulpenbollen waar je eerst nog mee aan de slag moet ook voordat het wat oplevert.

De Canadezen, lief als ze zijn, waren gelukkig erg blij met het cadeau. De tulpenbollen bleken zelfs een schot in de roos (ha-ha-ha) want ze vormden uiteindelijk de start van een jaarlijks tulpenfestival. Juliana bleef namelijk ook na de oorlog jaarlijks een flinke lading tulpenbollen sturen. De Canadezen wisten daar wel raad mee en in 1953 ontstond het Canadian Tulp Festival. Dit festival bestaat tot op de dag van vandaag en claimt zelfs het grootste tulpenfestival ter wereld te zijn. Ieder jaar in mei vallen er ruim een miljoen tulpen op het festival te bewonderen.

Na de busrit lopen we nog wat rond in downtown Ottawa en komen al snel tot de conclusie dat we beter een paar dagen Montréal om hadden kunnen ruilen voor Ottawa. Niets meer aan te doen natuurlijk, maar iedereen die een soortgelijke roadtrip wil maken, willen wij dit advies wel meegeven.

Op naar Marmora vanaf Ottawa

Heel veel tijd om meer van Ottawa te zien was er niet. De volgende dag wordt de auto weer voorgereden en stappen we in om koers te zetten naar Marmora. Daar heb je waarschijnlijk nog nooit van gehoord. En dat is ook niet zo verwonderlijk. De tocht naar Toronto vanaf Ottawa is een lange en met de vele kilometers die we al gemaakt hebben, willen we de rit twee etappes rijden. In Marmora vonden we een schattige bed and breakfast, dus besloten we daar de tussenstop te houden en ook een dagje uit te rusten.

De weg richting Marmora is lekker rustig. We rijden zo’n 180 kilometer rechtdoor op Highway 7 dus verdwalen is ook geen optie. Het grote gevaar schuilt ‘m in onoplettendheid: als je twee keer knippert met je ogen, ben je Marmora voorbij. Het dorpje dreigt van de wereldkaart af te vallen, zo klein is het. Maar dat geeft helemaal niets. Na ruim twee weken heel veel indrukken opgedaan te hebben, is het heel fijn om even tot rust te komen in een plaatsje met nog geen vierduizend inwoners.

We brengen twee nachten door in het Limestone Bed and Breakfast. Het echtpaar dat deze B&B runt is even lief als dat ze oud zijn. Het voordeel is wel dat het stel op leeftijd een traplift heeft geïnstalleerd en dat onze koffers daar ook gebruik van kunnen maken, dat scheelt weer wat sjouwen. We hebben een ruime kamer met een lekker bed waarop we even uitrusten voordat we op zoek gaan naar wat eten.

Zoals verwacht blijkt de keuze bepaald niet reuze in Marmora. Er is een KFC Express te vinden die op instorten staat en verder heeft het dorpje liefst drie (!) pizzeria’s en verder helemaal niets. Uit concurrentieoogpunt zou je toch zeggen dat één pizzeria meer dan genoeg is voor zo’n klein dorpje, maar blijkbaar dachten twee ondernemers dat het best een goede idee was om nog twee extra pizzeria’s te openen. We hoeven vast niet uit te leggen wat we die avond hebben gegeten.

De volgende dag wordt er een lekker ontbijt klaargemaakt door de man des huizes. Een Canadees stel blijkt op doorreis te zijn naar een bruiloft en verblijft ook in deze B&B. Als we hen vertellen dat we uit Nederland komen, vragen ze zich hardop af hoe we in vredesnaam hier verzeild te zijn geraakt.

Gigantische porties bij The Ranch

De rest van de dag doen we lekker rustig aan. De B&B heeft een groot opblaasbaar zwembad in de tuin staan waar we gebruik van mogen maken. Dat komt goed uit gezien het warme weer. Vervolgens lunchen we met restanten van de pizza van de vorige dag, maar aan het eind van de middag slaat de honger toch weer toe. Na alle pizza’s kunnen we geen pizzeria meer zien en zoeken uit of er in de nabije omgeving iets anders te vinden is. We vervloeken onszelf dat we beter wat wortels van Parc Omega mee hadden kunnen nemen en even vrezen we dat we zelf op jacht moeten naar ons avondmaal in de nabijgelegen bossen. Gelukkig blijkt er verderop een restaurant te zijn waar we terecht kunnen.

Het restaurant staat in de middle-of-nowhere en heet, hoe kan het ook anders, The Ranch. Het is een typisch Noord-Amerikaans restaurant met een gigantische parkeerplaats en rijen houten banken waar iedere houding binnen twee minuten ongemakkelijk wordt, maar we houden ervan. We hebben ondertussen behoorlijk wat restaurants aangedaan tijdens onze trip, maar zijn nergens porties tegengekomen die zo gigantisch zijn als hier. Even lijkt het erop alsof het eten gewoon op tafel gegooid wordt zonder een bord, want het bord is nauwelijks zichtbaar. Op elke vierkante millimeter ligt wel iets eetbaars.

Ons bord leegeten zit er vandaag dan ook even niet in. Sowieso wilden we ons niet helemaal vol eten, want bij binnenkomst zagen we een erg aantrekkelijke ijskar staan met de nodige bijzondere smaken. Vooral de ‘moose tracks’ smaak zag er lekker uit, dus hier moest ruimte voor gereserveerd worden. Marco dacht dat drie bolletjes ijs makkelijk zou moeten kunnen. Cérise wilde het iets bescheidener aanpakken met twee bolletjes, maar schrok zich wezenloos toen het eerste bolletje geschept werd.  Net als het eten, blijken ook de porties ijs van Guiness Book of World Records achtige proporties te zijn.

Na een laatste nacht in het knusse B&B gaan we de volgende ochtend het laatste stuk richting Toronto aanvangen. Op naar helaas alweer de laatste dagen in dit prachtige land!

De gigantische porties van the Ranch

, ,

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Contact Us